Schaf Raadgevend Comité NMBS af.... of neem het serieus!
Vandaag stelde het Raadgevend Comité van de Gebruikers van de NMBS haar Jaarverslag 2006 voor. Ik en stelde vast dat er opnieuw een aantal frustraties naar boven kwamen. De officiële antwoorden van de NMBS op haar adviezen, zijn inhoudelijk ondermaats. En ook op het terrein gebeurt er nauwelijks iets met de adviezen waaraan de vrijwilligers van het Comité vele uren spenderen.
Noch de NMBS-groep noch de bevoegde staatssecretaris Tuybens, lijken veel belang te hechten aan het comité. Volgens de wet op de overheidsbedrijven moet het Raadgevend Comité geraadpleegd worden met betrekking tot de bepalingen in het beheerscontract die de gebruikers aanbelangen, én adviezen geven op vraag van de NMBS of de minister/staatssecretaris. In 2005 noch in 2006 was er geen enkele formele adviesvraag. Een Raadgevend Comité dat ernstig wordt genomen, moet toch nauwer betrokken worden bij het beleid.
Het Raadgevend Comité formuleert dus adviezen op eigen initiatief. Deze hebben vooral betrekking op de klantvriendelijkheid van kleinere stations en perrons, op de dienstregelingen (en vertragingen) en op de mobiliteitspolitiek in het algemeen. In haar adviezen vraagt het Comité géén onmogelijke dingen of overdreven zware investeringen. In essentie gaat het over kleine dingen die het leven van de treinreiziger gemakkelijker maken (zitplaatsen, bescherming, duidelijke uurroosters, …). Hier wordt nauwelijks of geen gevolg aan gegeven.
De leden van het Raadgevend Comité verdienen een prijs voor moed en doorzettingsvermogen, maar zo kan het niet verder. Ofwel moet het comité ernstig genomen worden door de NMBS-groep én de bevoegde staatssecretaris, ofwel kan men maar beter deze verplichting uit de wet op de overheidsbedrijven en de uit de beheerscontracten schrappen.
CD&V kiest duidelijk voor de eerste optie, ik zal staatssecretaris Tuybens in de Kamer ondervragen over zijn keuze.
Noch de NMBS-groep noch de bevoegde staatssecretaris Tuybens, lijken veel belang te hechten aan het comité. Volgens de wet op de overheidsbedrijven moet het Raadgevend Comité geraadpleegd worden met betrekking tot de bepalingen in het beheerscontract die de gebruikers aanbelangen, én adviezen geven op vraag van de NMBS of de minister/staatssecretaris. In 2005 noch in 2006 was er geen enkele formele adviesvraag. Een Raadgevend Comité dat ernstig wordt genomen, moet toch nauwer betrokken worden bij het beleid.
Het Raadgevend Comité formuleert dus adviezen op eigen initiatief. Deze hebben vooral betrekking op de klantvriendelijkheid van kleinere stations en perrons, op de dienstregelingen (en vertragingen) en op de mobiliteitspolitiek in het algemeen. In haar adviezen vraagt het Comité géén onmogelijke dingen of overdreven zware investeringen. In essentie gaat het over kleine dingen die het leven van de treinreiziger gemakkelijker maken (zitplaatsen, bescherming, duidelijke uurroosters, …). Hier wordt nauwelijks of geen gevolg aan gegeven.
De leden van het Raadgevend Comité verdienen een prijs voor moed en doorzettingsvermogen, maar zo kan het niet verder. Ofwel moet het comité ernstig genomen worden door de NMBS-groep én de bevoegde staatssecretaris, ofwel kan men maar beter deze verplichting uit de wet op de overheidsbedrijven en de uit de beheerscontracten schrappen.
CD&V kiest duidelijk voor de eerste optie, ik zal staatssecretaris Tuybens in de Kamer ondervragen over zijn keuze.
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home