Milieuvriendelijkere auto's hebben weinig zin zonder milieuvriendelijke bestuurders
De trend naar zuinigere wagens is een positieve evolutie, maar zuinige wagens hebben geen zin als de chauffeurs er niet in slagen om ook weinig brandstof te verbruiken. Daarom de vraag naar meer aandacht voor het milieuvriendelijk rijden, door het in te voeren als beoordelingscriterium bij het rijexamen.
Ecologie zit immers niet alleen in de machine, maar ook tussen de oren. Er moet ook milieuvriendelijk gereden worden. Uiteraard gebeurt dat - conform het STOP-principe - door zoveel mogelijk trein, tram, bus of fiets te gebruiken. Het toenemend fietsgebruik en de groei van het openbaar vervoer van de laatste jaren zijn in dat verband hoopgevend.
CD&V wil dat ecologie en veiligheid ook in het gedrag van de bestuurders centraal staan. Daarom is milieuvriendelijk rijden of eco-driving een must. Daarom stel ik voor om de kandidaat-bestuurders bij het rijexamen ook te testen op hun kennis en vaardigheid inzake eco-driving. Door dit in het examen te integreren, zullen de milieuvriendelijke vaardigheden ook aan bod moeten komen tijdens de voorafgaandelijke rijopleiding.
Deze nieuwe bepaling zal bovendien een multiplicator-effect hebben. Als de kandidaat-bestuurder bij zijn examen milieuvriendelijk moet kunnen rijden, dan moeten niet alleen de autorijscholen maar ook de ‘vrije begeleiders’ over de nodige vaardigheden beschikken om deze manier van rijden te kunnen doorgeven. De nood aan extra vormingscursussen voor de vrije begeleiders zal hierdoor toenemen, met twee positieve gevolgen: een verhoging van de kwaliteit van de vrije rijopleiding, én ook de ouderen leren de milieuvriendelijke rijvaardigheden aan.
‘Kunnen’ betekent nog niet automatisch ‘werkelijk doen’. Het is dan ook belangrijk dat de chauffeurs permanent gesensibiliseerd worden voor de besparingen die zij, zeker in de context van zeer hoge brandstofprijzen, op hun uitgaven aan de benzinepomp kunnen doen: 7,5% besparen op de brandstofkosten door eco-driving loont zeker de moeite.
Ecologie zit immers niet alleen in de machine, maar ook tussen de oren. Er moet ook milieuvriendelijk gereden worden. Uiteraard gebeurt dat - conform het STOP-principe - door zoveel mogelijk trein, tram, bus of fiets te gebruiken. Het toenemend fietsgebruik en de groei van het openbaar vervoer van de laatste jaren zijn in dat verband hoopgevend.
CD&V wil dat ecologie en veiligheid ook in het gedrag van de bestuurders centraal staan. Daarom is milieuvriendelijk rijden of eco-driving een must. Daarom stel ik voor om de kandidaat-bestuurders bij het rijexamen ook te testen op hun kennis en vaardigheid inzake eco-driving. Door dit in het examen te integreren, zullen de milieuvriendelijke vaardigheden ook aan bod moeten komen tijdens de voorafgaandelijke rijopleiding.
Deze nieuwe bepaling zal bovendien een multiplicator-effect hebben. Als de kandidaat-bestuurder bij zijn examen milieuvriendelijk moet kunnen rijden, dan moeten niet alleen de autorijscholen maar ook de ‘vrije begeleiders’ over de nodige vaardigheden beschikken om deze manier van rijden te kunnen doorgeven. De nood aan extra vormingscursussen voor de vrije begeleiders zal hierdoor toenemen, met twee positieve gevolgen: een verhoging van de kwaliteit van de vrije rijopleiding, én ook de ouderen leren de milieuvriendelijke rijvaardigheden aan.
‘Kunnen’ betekent nog niet automatisch ‘werkelijk doen’. Het is dan ook belangrijk dat de chauffeurs permanent gesensibiliseerd worden voor de besparingen die zij, zeker in de context van zeer hoge brandstofprijzen, op hun uitgaven aan de benzinepomp kunnen doen: 7,5% besparen op de brandstofkosten door eco-driving loont zeker de moeite.
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home